Interesse in deze Vogelspin Brachypelma Vagans, aarzel dan niet en neem contact op met Baele BVBA
info-aanvraagVogelspin Brachypelma Vagans
De Brachypelma vogelspin wordt aanbevolen omwille van hun zachtaardige karakter en gemakkelijk onderhoud.
Huisvesting
Voor een vogelspin heeft u een terrarium nodig van 40 x 30 x 30 cm die voorzien is van een achterwand. Als het terrarium hoger is, dan kan deze spin bij een val fatale verwondingen oplopen. Bij een te groot bodemoppervlak bestaat de kans dat de spin zijn prooi niet gaat pakken. Het verblijf moet goed geventileerd en tochtvrij zijn.
Als bodembedekking is speciaal voorziene bodem voor spinnen noodzakelijk (mini brick). Gebruik zeker 10 cm bodembedekking zodat ze zich kunnen ingraven. Leg bovenop die bodembedekking een laagje schors waar ze zelf een schuilgelegenheid kunnen bouwen.
Spinnen zijn lichtschuwe dieren. Schuilplaatsen om de dag door te brengen zijn een belangrijke vereiste.
De gemiddelde dagtemperatuur moet tussen 22 – 27°C zijn. ’s Nachts mag het koeler zijn met een minimum temperatuur van 18°C. Normaal is kamertemperatuur voldoende voor een spin, maar indien nodig is een spinnenbak gemakkelijk warm te houden door het gebruik van een warmtemat onder het terrarium. Bij een warmtelamp moet je opletten dat de spin er niet aankan. Omdat de spin zowel in droog als in vochtig gebied voorkomt heeft hij een
luchtvochtigheid nodig tussen 60-70% Dit helpt de spin met vervellen. Je kunt het terrarium vochtig houden door af en toe de bodem te besproeien, maar niet op de spin!
Soorten spinnen
Krulhaar vogelspin
(Brachypelma Albopilosum)
Roodromp vogelspin
(Brachypelma Vagans)
Roodscheen vogelspin
(Brachypelma Emilia)
Mexicaanse vogelspin
(Brachypelma Hamorii)
Mexicaanse roodknie vogelspin
(Brachypelma Smithi)
Guatemalaanse Roodlijfvogelspin
(Brachypelma Sabulosum)
Voeding
U kan een volwassen vogelspin één tot twee keer per week voeren. Voer levende prooidieren, want de spin reageert niet op dood voedsel.
De prooi moet kleiner zijn dan de spin zelf. U kan Insecten zoals krekels, sprinkhanen en vliegjes voeren. Geef per voederbeurt 1 tot 3 insecten, afhankelijk van hun grootte. Geef niet teveel voedsel, dit kan de levensduur van de spin verkorten.
Wanneer de spin niet goed eet, kan dat komen omdat hij gaan vasten voor een vervelling. Tijdens het vervellen en de eerste weken daarna is de spin kwetsbaar. Voer dan geen voedseldieren want die kunnen hen aanvreten en beschadigen.
De spinnen hebben een zeer kleine waterbak nodig. Vul deze met lauw water.
Vogelspinnen zijn wilde dieren die je niet echt tam kan maken. Een beet van een spin kan zeer pijnlijk zijn. Wanneer de spin zich bedreigt voelt, vuurt deze brandharen af. Dit geeft een brandend gevoel op de huid.